SV | En hun getal met hun broederen, die geleerd waren in het gezang des HEEREN, allen meesters, was tweehonderd acht en tachtig. |
WLC | וַיְהִ֤י מִסְפָּרָם֙ עִם־אֲחֵיהֶ֔ם מְלֻמְּדֵי־שִׁ֖יר לַיהוָ֑ה כָּל־הַ֨מֵּבִ֔ין מָאתַ֖יִם שְׁמֹונִ֥ים וּשְׁמֹונָֽה׃ |
Trans. | wayəhî misəpārām ‘im-’ăḥêhem məlumməḏê-šîr laJHWH kāl-hammēḇîn mā’ṯayim šəmwōnîm ûšəmwōnâ: |
En hun getal met hun broederen, die geleerd waren in het gezang des HEEREN, allen meesters, was tweehonderd acht en tachtig.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En hun getal met hun broederen, die geleerd waren in het gezang des HEEREN, allen meesters, was tweehonderd acht en tachtig.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!